Kiemgroenten zijn hele jonge plantjes die nog maar net ontkiemd zijn. Wat maakt dat kiemgroenten zo gezond zijn? Nou, deze gekiemde zaadjes bevatten relatief meer voedingsstoffen dan volwassen planten! Zaden zitten namelijk bomvol goede voedingsstoffen, een vorm van reservevoedsel. Het is de bedoeling dat zo’n zaadje ergens terecht komt, op een plek met vocht, licht en warmte. Het reservevoedsel is nodig voor een goede start van het nieuwe plantje dat uit het zaadje zal ontstaan. Vanaf het moment dat een zaadje ontkiemt, gaat het kiempje zich voeden met de reservevoeding en zal uitgroeien tot een nieuw plantje.Tijdens het kiemproces gebeurt er van alles in dat zaadje en kiempje. En daar kunnen wij van profiteren.
Kiemgroenten zijn dus ware superfoods! Het zetmeel en de oliën in zaadjes worden omgezet in vitaminen, mineralen, enzymen, suikers en eiwitten. Tijdens het kiemen neemt het aantal voedingsstoffen enorm toe. En dit maakt gekiemde zaden en peulvruchten zo gezond. Het vitamine C gehalte neemt tijdens het kiemen met wel 600% toe. En ook de vitaminen van het B-complex en veel enzymen nemen spectaculair toe tijdens het kiemproces. Kiemgroenten worden niet voor niets wel het meest levende voedsel ter wereld genoemd. Als de kiem na een dag of 10 groeien verder groeit tot een grote plant, neemt de hoeveelheid voedingsstoffen juist weer af. En daarom zijn ze ideaal om thuis te 'maken'. De eerste (ongeveer) 10 dagen zijn ze op hun gezondst. Als de groenten bij jou in de vensterbank staan, weet je precies hoe lang het proces gaande is en ben je verzekerd van de optimale voedingswaarde.
In kiemgroenten zitten bovendien veel:
Wist jij dat er ook gekiemd brood bestaat?
Niet onbelangrijk, het kiemen van zaden breekt anti-nutriënten af. Dit zijn toxische stofjes, die planten beschermen tegen micro-organismen en dieren die de plant willen eten. Zo eet een vogel bijvoorbeeld een graankorrel op, maar omdat hij deze niet kan verteren, poept hij de korrel weer uit en groeit er op die plek weer nieuw graan. Slim van die planten. Je kunt dus zeggen dat het graan zichzelf verdedigt met anti-nutriënten om te overleven. Zelfs na opgegeten te zijn, overleeft het zaadje en deze produceert nieuw leven. Er zijn een aantal anti-nutriënten waarvan je liever niet te veel van binnen wilt krijgen (saponinen en lectinen). Deze stofjes kunnen de darmwand aantasten. Gelukkig zijn deze anti-nutrienten vaak na koken al geneutraliseerd. Fytinezuur (of fytaten) is echter een hardnekkiger anti-nutriënt. Dit zuur voorkomt dat zaadjes vroegtijdig kiemen. Fytaten binden zich aan nutriënten en gaan de opname van ijzer, calcium en zink tegen.
Het goede nieuws, tijdens het kiemen van zaden en granen worden de anti-nutriënten voor een groot deel geneutraliseerd. Dus waarom zijn kiemgroenten zo ontzettend gezond? Ze bevatten wel alle voedingsstoffen en nutriënten van een zaadje, maar niet de anti-nutriënten. Zo kun je dit mini bommetje aan voedingsstoffen ook daadwerkelijk verteren en opnemen. Bovendien zijn kiemgroenten en gekiemde granen en zaden gemakkelijk te verteren. Dankzij de C en D vitaminen verhogen ze je weerstand en de B vitaminen geven je meer energie. Iets wat velen goed kunnen gebruiken. Je kunt kiemgroenten toevoegen aan een salade, in je gezonde wrap of tussen een desemboterham en op een smoothie of als decoratie over je gestoomde groenten. Ook lekker en extreem gezond, brood van gekiemde granen!
In principe zou je allerlei zaden van groenten en kruiden kunnen gebruiken, met uitzondering van die van tomaten. De groenten uit de nachtschade familie is minder goed voor je. Wel kunnen: alfalfa, broccoli, rucola, radijs, koriander, basilicum, knolvenkel, rode kool, bieten, peulvruchten, wortelen, dille, prei, chiazaadjes, lijnzaadjes, tarwegras enzovoort.
Het is ook mogelijk om kant en klare pakketjes kiemzaadjes te kopen. Maar let op: Veel zaden zijn chemisch behandeld om bepaalde ziektes te voorkomen, dus koop bij voorkeur biozaden of schaf speciale bio kiemzaadpakketjes aan.
Manier 1: Met water en een kiemschaaltje. Je kan in de weer met jampotjes en stukjes gaas, maar veel gemakkelijker zijn kiemschaaltjes. Deze schaaltjes vul je onderin met water, de zaadjes liggen op een soort roostertje. De eerste dagen houd je de zaadjes vochtig met de plantensproeier en zodra de wortels het water hebben bereikt zuigen ze zelf vocht op. Het kiemen van de meeste zaden duurt ongeveer drie tot zes dagen. Je kan de kiemschaal in de vensterbank zetten, maar let erop dat het zaad niet uitdroogt.
Manier 2: Met water en een glazen pot. Je hebt nodig een glazen pot, doek (bijvoorbeeld kaasdoek), een elastiek, water en de zaden. Direct zonlicht is niet nodig. Je doet de zaden in het bakje of de pot en laat ze eerst weken in wat water, dit doe je minimaal zes uur. Sluit hierna de pot af met het doek en het elastiek. Giet het water eruit (door t doek heen) en zet de pot schuin weg in bijvoorbeeld een afdruiprekje zodat het water er goed uit loopt.
Nu is het zaak om de zaden/kiemen 2 tot 3 maal daags te spoelen en de pot weer goed uit te laten lekken door het doek. Je herhaalt dit tot je de kiemgroente groot genoeg vind, even schoonspoelen en klaar voor gebruik.
Manier 3: In een bakje met aarde. Vul bakjes met potgrond of speciale kiemgrond. Bedek het oppervlak met de zaadjes. Vervolgens doe je ½ cm aarde er weer overheen. Houd de aarde goed vochtig.
Manier 4: In een potje met watten. Neem een bakje en leg hier steriele katoenen watten in. Maak ze helemaal nat en giet het overtollige water weg. Strooi daarna de alfalfa zaadjes op de watjes. Leg een deksel op het bakje of sluit het bakje af met keukenfolie. Zorg wel dat er gaatjes zijn voor een beetje ventilatie.
Je kunt je kiemen na de oogst een aantal dagen bewaren in de koelkast. Eet smakelijk!